In deze kleine ‘serie’ over de werking van de lokale politiek dit keer aandacht voor de rollen van burgemeester en wethouders. Vaak zijn zij het dagelijkse gezicht van de gemeente en treden dan ook frequent op bij evenementen van diverse aard.
Door Peter Luit, voorzitter Velsen Lokaal
Daardoor wordt de suggestie gewekt dat de burgemeester en wethouders het ook daadwerkelijk voor het zeggen hebben binnen de gemeente. Burgers die bij openbare gelegenheden de burgemeester of een vakwethouder aanspreken verwachten dan ook vaak meteen een duidelijk en vooral sluitend antwoord op hun vraag, hetgeen in de praktijk lang niet altijd mogelijk en zeker niet eenvoudig is. Natuurlijk hebben de vakwethouders – als het goed is – de nodige inhoudelijke vakkennis op het gebied waar zij verantwoordelijk voor zijn. Maar zij kunnen lang niet altijd op elk gebied toezegging doen of zelfs sluitende antwoorden geven.
Ondanks het feit dat de wethouders niet de macht in handen hebben – die is immers formeel toebedeeld aan de raad – zijn ze wel verantwoordelijk voor de uitvoering van het dagelijkse beleid. Een wethouder kan dus door de raad naar huis worden gestuurd, indien zij van mening is dat een wethouder niet naar behoren functioneert. Dat kan zelfs op één onderwerp het geval zijn.
Wethouders kunnen door burgers worden bezocht tijdens daarvoor ingestelde spreekuren. Wethouders kunnen dan doorgaans niet veel meer dan uitleg geven rondom de te volgen procedures. Want ook zij moeten zich houden aan lokale-, provinciale- en landelijke wetten en normen. Burgers hebben in die zin vaak onterecht het idee dat wethouders zaken wel even kunnen ‘regelen’.
Burgers kunnen natuurlijk ook terecht bij raadsleden tijdens fractievergaderingen, die per partij in het stadhuis worden gehouden. In die gevallen worden vragen van burgers ook nog eens tegen de politieke uitgangspunten aan gehouden van de desbetreffende partij. Dus zeker niet makkelijk om als burger de juiste weg te bewandelen om iets voor elkaar te krijgen.